vrijdag 30 januari 2009

Het leven van letteren-paus Marcel Reich-Ranicki

Korte documentaire
Arte-televisie presenteert op zaterdag 31 januari tussen 17:20 uur en 18:05 uur [1] een Portret van de thans 88-jarige literatuurcriticus [2] Marcel Reich-Ranicki, die kan terugkijken op een zeer rijk leven vol kleuren en tevens vervuld van zwart-witte gebeurtenissen in de bruine tijd die Europa en andere delen van de wereld aan de rand van de afgrond heeft gebracht.
Over die eerste acht decennia vanaf 1920 heeft de man in 1999 een zeer succesvol boek gepubliceerd dat een enorme oplaag heeft gehaald en daarmee ook de kas van de criticus aardig heeft gespekt. Eind 2000 kwam er een pocket-editie van op de markt en een band vol met reacties, kritieken en documenten, en in 2005 een keuze uit die memoires, in eerste instantie bedoeld voor scholieren. Dat op zich is een uitstekende zaak, maar wellicht kan het boek ook een goede optie zijn voor die vele mensen, welke enige schroom voelen bij de confrontatie met zogeheten dikke boeken.

Productief leven
Die Marcel Reich-Ranicki is veel meer omstreden dan menig andere litertuurcritus of andersoortige recensent in andere takken van de wereld der kunsten. Dat zal niet alleen zijn oorsprong vinden in de goed leesbare manier waarop de man zijn meningen in geschrifte verkondigd, maar mede door zijn veelvuldige optredens voor televisiecamera's waar hij op een uiterst extravert-emotionele wijze kond deed van zijn opvattingen, ook en met name in zijn 'eigen' programma Das Literarische Quartett dat gedurende dertien jaar met enige regelmaat op de buis te zien was en dat, ondanks het relatief late tijdstip, toch een miljoen kijkers trok. Dat de meeste geuite opvattingen van Reich-Ranicki doorgaans goed gefundeerd zijn, is natuurlijk een prima zaak, maar ook hij kan zich niet onttrekken aan de verleiding van het gevoelsmatige vooroordeel dat, in relatief onbewuste lagen voortdurend op de loer ligt. En dan trekt hij soms zodanig van leer dat je meent met iemand te maken te hebben die in 'een verkeerde tijd' is blijven steken. Het zou, zeker in dit kader, te ver voeren om daar uitgebreid op in te gaan; er zullen zich vast nog wel andere gelegenheden voordoen. Hier gaat het om een portret dat op zich — ook al duurt het slechts drie kwartier — veel informatie zal verstrekken en tevens voldoende gelegenheid zal bieden om indrukken op te doen die kunnen leiden tot het vormen van een eigen mening. En dat is nu juist iets waarvan de protagonist van het documentaire materiaal dat wordt getoond, steevast zegt dat zoiets heel belangrijk en positief te vinden.

Nieuwste publicatie
Het recentelijk verschenen, nieuwste boek dat Marcel Reich-Ranicki als protagonist heeft, is iets anders gestructureerd dan we gewoonlijk meemaken. Hier gaat het niet om wat deze literatuurliefhebber en het soms bovenmatig aan, respectievelijk door, datzelfde fenomeen lijdende wezen over de door hem tot thema opgeworpen boeken of andersoortige uitingen met letters — hetgeen, zoals we zelf ook wel weten, niet steevast leidt tot literatuur of zelfs maar tot lectuur ter verpozing — te zeggen heeft, noch is er enige sprake van recensies, commentaren en reacties op zijn essays dan wel andere vormen van expressie met de pen.


Dit boek hinkt op twee gedachten, die tezamen een uitstekend beeld geven van de persoon en vooral de werkzame criticus. Het betreft redes die zijn gehouden naar aanleiding van enigerlei festiviteit: redes door de protagonist van dit boek enerzijds en uitgesproken gedachten over hem aan de andere kant. De periode waarin deze toespraken, of wat daarvoor moet doorgaan, werden gehouden, beperkt zich tot de periode na het verschijnen van zijn boek Mein Leben, hetgeen neerkomt op een klein decennium. Dat daarin belangwekkende figuren uit de geschiedenis van de Bondsrepubliek Duitsland voorkomen, zoals Professor Jürgen Habermas — die een vooraanstaande rol heeft gespeeld tijdens de studentenprotesten, nu zo'n veertig jaar geleden — en de inmiddels overleden uitgever van Suhrkamp/Insel, Siegfried Unseld (1924-2002) — die veel met Reich-Ranicki te maken heeft gehad, zowel als auteur van diens huis, alsook in zijn functie van criticus die niet altijd even enthousiast was over datgene wat Suhrkamp- en/of Insel-auteurs aan het papier hadden toevertrouwd — is een voor de hand liggende zaak. Maar dat een afgrijselijke Ulknudel als Thomas Gottschalk daarin een bijdrage moet leveren, is een pijnlijke uitglijder. Ook op een mening van de grootste Europese clichéfabriek aller tijden, Angela Merkel, zat echt niemand in het ware cultuurleven te wachten. Gelukkig zijn dit de twee enige missers, opgenomen in een hele reeks van mensen met kennis van zaken, waardoor de uitgave van het boek op zich toch nog een feestelijk gebeuren is geworden.
__________
[1] De film die Diana von Wrede in 2004 voor het Zweite Deutsche Fernsehen heeft gerealiseerd, zal door Arte worden herhaald op zaterdag 7 februari,'s ochtends vanaf 06:45 uur.

[2] En niet 84-jarige, zoals in o.m. de VPRO-Gids staat; in dergelijke gevallen wordt informatie over een programma klakkeloos overgenomen zonder dat men even kijkt van welke datum de (verstrekte of gevonden) informatie is. En bij de film wordt duidelijk vermeld dat deze uit 2004 is.
____________
Afbeeldingen
1. Voorzijde van de paperback-editie van Mein Leben, dtv 12830 (2000).
2. Voorzijde van het boek met reacties op Mein Leben, dtv 30807 (2000).
3. Voorzijde van de geannoteerde, beknopte editie van Mein Leben, dtv 13327 (2005)
4. Voorzijde van het stofomslag van de geboden editie van Die Literatur, eine Heimat — Reden über und von Marcel Reich-Ranicki. 240 pag., gebonden; Deutsche Verlags Anstalt, München 2008; ISBN 978-3-421-04380-1.

donderdag 29 januari 2009

Twee gedichten van Robert Burns (1759-1796)

REMORSE — A FRAGMENT

OF all the numerous ills that hurt our peace—
That press the soul, or wring the mind with anguish,
Beyond comparison the worst are those
By our own folly, or our guilt brought on:
In ev'ry other circumstance, the mind
Has this to say, 'it was no deed of mine:'
But, when to all the evil of misfortune
This sting is added, 'blame thy foolish self!'
Or worser far, the pangs of keen remorse,
The torturing, gnawing consciousness of guilt—
Of guilt, perhaps, where we've involved others,
The young, the innocent, who fondly lov'd us;
Nay more, that very love their cause of ruin!
O burning hell! in all thy store of torments
There's not a keener lash!
lives there a man so firm, who, whilst his heart
Feels all the bitter horrors of his crime,
Can reason down its agonizing throbs;
And, after proper purpose of amendment,
Can firmly force his jarring thoughts of peace?
O happy, happy, enviabl man!
O glorious magnanimity of soul!




PEGASUS AT WANLOCKHEAD

WITH Pegasus upon a day,
Apollo weary flying,
Through frosty hills the journey lay,
On foot the way was plying.

Poor slipshod giddy Pegasus
Was but a sorry walker;
To Vulcan and Apollo goes
To get a frosty caulker.

Obliging Vulcan fell to work,
There by his coat and bonnet,
And did Sol's business in a crack;
Sol paid him with a sonnet.

Ye Vulcan's sons of Wanlockhead,
Pity my sad disaster;
My Pegasus is poorly shod,
I'll pay you like my master.

(To John Taylor, Ramage's, 3 o' clock.)

ROBERT BURNS (1759-1796)

vrijdag 23 januari 2009

1900-1939 — Boek- en Affichekunst van Duitse literatuur in Praag — in Goethe Institut Rotterdam

Duitse literatuur in Praag
Op donderdag 5 februari, 's avonds om 19:00 uur, zal — in het bijzijn van de Ambassadeurs van Tsjechië, Duitsland en Litouwen — in het Goethe Institut te Rotterdam een tweetal tentoonstellingen worden geopend. Voorts zal er ter gelegenheid daarvan een uur nadien tevens een concert worden gegeven.
De ene expositie betreft hedendaagse voorbeelden van Litouws ex-libris; de tweede expositie biedt Buch- und Plakatkunst 1900-1939. Aan de hand van boek- en affichekunst wordt uit de genoemde periode Duitse literatuur in Praag voorgesteld.
Die Goldene Stadt Prag
heeft een hele poos een bijzondere plaats binnen de Duitstalige literatuur en journalistiek ingenomen. Namen, die in de letteren van de taal der dichters en denkers zijn vereeuwigd en tot op de huidige dag een bijzondere plaats blijvend hebben kunnen innemen, zijn die van de uitzonderlijke schrijver Franz Kafka (1883-1924), van de razende reporter Egon Erwin Kisch (1885-1945), en — zij het minder algemeen bekend — Fritz Mauthner (1849-1923), journalist, redacteur, taalfilosoof en vooraanstaand Kaffeehausbesucher. Temidden van talrijke andere letterlievenden.

Gelijktijdig andere expositie
De synchroon gehouden tentoonstellingen, die zijn voortgekomen 1900-1939 — Boek- en Affichekunst van Duitse literatuur in Praag uit een samenwerkingsverband tussen het Goethe Institut Niederlande, het Litouws Cultureel Centrum en het Tsjech Centrum, blijven te bezichtigen tot en met vrijdag 13 maart.
De exposities kunnen op vijf dagen per week worden bezocht. Op maandag, dinsdag en ook op donderdag van 17:00 uur tot 19:00 uur; op woensdag van 12:00 uur tot 19:00 uur; en op vrijdag tussen 14:00 uur en 17:00 uur.
We komen dezer dagen op de tentoonstelling van Ex-libris terug op deze site dan wel één van onze andere sites.

Afbeeldingen
1. Voorzijde van het stofomslag van de Reclam-bundel met verhalen van toenmalige, Duitstalige, Praagse schrijvers.
2. Voorkant van het stofomslag voor het boek met de Memoires — Prager Jugendjahre — van Fritz Mauthner.

maandag 19 januari 2009

Portret van Giuseppe Tomasi di Lampedusa op de Nederlandse digitale zender Cultura

Siciliaans schrijver herdacht
De Nederlandse digitale televisiezender Cultura presenteert dinsdag 20 januari — 's avonds tussen 20:56 uur en 21:42 uur— in de reeks Great Writers een portret van de Italiaanse edelman en schrijver Giuseppe Tomasi di Lampedusa (1896-1957) die bij de meeste lezers, als ze zijn naam al kennen, in het geheugen zal zijn blijven hangen door de roman De Tijgerkat, oorspronkelijk Il Gattopardo, voor het eerst verschenen in 1958.
Het is de geschiedenis van een Italiaanse familie die meer en meer in verval raakt in de jaren 1861-1863, de periode van de opkomst van Giuseppe Garibaldi. Deze roman werd door de Italiaanse uitgever Feltrinelli gepubliceerd in hetzelfde jaar dat hij Doctor Zjivago van Boris Pasternak heeft voorgesteld. Het duurde niet lang of het boek werd als een klassieker van de twintigste eeuw beschouwd. In de Franse krant Réalités stond dat Il Gattopardo de Gone with the Wind van de Garibaldi-strijd was. En zoals dat vaak gaat komt er dan nog weer een andere recensent die nog hoger van de toren blaast. In de New York Herald Tribune stond zelfs dat het lang zou duren voordat er een evenknie van deze roman zou verschijnen.

Verfilming
De Engelse titel, The Leopard, is helaas een vlag die de lading niet dekt: een luipaard is nu eenmaal een heel ander dier dan een ocelot. Vrijwel onmiddellijk daarna zijn er vertalingen verschenen, en in ons land was dat in 1959.
Enkele critici hebben de auteur verweten dat hij in dit boek literaire kwaliteiten heeft gemixt met diverse elementen die tot de sfeer der decadente esthetiek behoren. Die formule zal echter zeker hebben bijgedragen tot een grotere toegankelijkheid en tot de verbeelding hebben gesproken van regisseur Luchino Visconti (1906-1976), die Burt Lancaster, Alain Delon en Claudia Cardinale voor de hoofdrollen heeft weten te interesseren. De film is in 1963 in de bioscopen verschenen.

Ander werk
Zoals dat heel dikwijls gebeurt, is deze auteur bij het grote publiek alleen maar in herinnering gebleven, als ze zijn naam überhaupt nog kunnen reproduceren, vanwege die Tijgerkat. Maar hij heeft ook nog heel aardige korte verhalen geschreven, die pas na zijn overlijden gebundeld zijn uitgekomen als Racconti. Een verzameling van vier verhalen is ook in het Nederlands verschenen, bijdezelfde uitgever als zijn bovengenoemde hoofdwerk, onder de titel De senator en de sirene. Dat is één van de verhalen. Het boek heeft de belangstelling van het wat grotere publiek dan alleen de fijnproevers niet weten te bereiken. Het restant aan plano's is door de grootste boekenramsjzaak van ons land opgekocht en in de toen eigen binderij te Baarn van een lelijk bandje voorzien dat men heeft vervaardigd van een hele reeks restanten aan materialen en vervolgens, voorzien van een ordinaire belettering, voor 95 cent aan de man gebracht; althans dat heeft men geprobeerd.
____________
Afbeeldingen
1. De adellijke, Italiaanse auteur Giuseppe Tomasi di Lampedusa.
2. Voorzijde van de Amerikaanse Signet-editie uit 1961.
3. Duitse filmposter voor de onverkorte uitgave van Der Leopard.
4. Engelse poster voor de film The Leopard.

zaterdag 17 januari 2009

Drie Droom-gedichten van Edgar Allen Poe

A DREAM

In vision of the dark night
I have dreamed of joy departed—
But a waking dream of life and light
Hath left me broken-hearted.
Ah! what is not a dream by day
To him whose eyes are cast
On things around him with a ray
Turned back upon the past?

That holy dream—that holy dream,
While all the world were chiding,
Hath cheered as a lovely beam,
A lonely spirit guiding.

What thought that light, thro' storm and night,
So trembled from afar—
What could there be more purely bright
In Truth's day-star?
(1827)

* * * * * * *

DREAMS

OH! That my young life were a lasting dream!
My spirit not awakening, till the beam
Of an Eternity should bring the morrow.
Yes! though that long dream were of hopeless sorrow,
'Twere better than the cold reality
Of waking life, to him whose heart must be,
And hath been still, upon the lovely earth,
A chaos of deep passion from his birth.
But should it be— that dream eternally
Continuing—as dreams have been to me
In my young boyhood—should it thus be given,
'Twere folly still to hope for higher Heaven.
For I have revelled when the sun was bright
I' the summer sky, in dreams of living light
And loveliness,— have left my very heart
Inclines of my imaginary apart *
From mine own home, with beings that have been
Of mine own thought—what more could I have seen?
'Twas once—and only once—and that wild hour
From my remembrance shall not pass—some power
Or spell had bound me—'twas the chilly wind
Came o'er me in the night, and left behind
Its image on my spirit—or the moon
Shone on my slumbers in her lofty noon
Too coldly—or the stars—howe'er it was
That dream was that night-wind—let it pass.
I have been happy—and I love the theme:
Dreams! in their vivid colouring of life
As in that fleeting, shadowy, misty strife
Of semblance with reality which brings
To the delirious eye, more lovely things
Of paradise and Love—and all my own!—
Than young Hope in his sunniest hour has known.

[* De editor van het book met onder meer Poe's
Poems
is van mening dat in deze regel zou moeten
staan: In climes of my imagining apart?]

* * * * * * *

A DREAM WITHIN A DREAM

Take this kiss upon the brow!
And, in parting from you now,
Thus much let me avow—
You are not wrong, who deem
That my days have been a dream:
Yet, if hope has flown away
In a night or in a day,
In a vision or in none,
Is it therefore the less gone?
All that we see of seem
Is but a dream within a dream.

I stand amid the roar
Of a surf-tormented shore,
And I hold within my hand
Grains of the golden sand—
How few! yet how they creep
Through my fingers through the deep,
While I weep—while I weep!
O God! can I not grasp
Them with a tighter clasp?
O God! can I not save
One from the pitiless wave?
Is all that we see or seem
But a dream within a dream?
(1849)





(19-01-1809 — 7-10-1849)

woensdag 14 januari 2009

Een teken aan de wand — Het wassende water

Acht zondagen vroeg in de avond
Dat de tijd steeds sneller gaat in de loop van een mensenleven, is al zo vaak gebleken, al gebeurt dat vanzelfsprekend niet letterlijk, doch gevoelsmatig. Maar doordat het inmiddels twintig jaar geleden is dat de NCRV de achtdelige dramaserie Het wassende water — gecreëerd naar de gelijknamige roman uit 1925 van Herman de Man (1898-1946) [1] — heeft uitgezonden, besef je ook alleen al door de toevoeging van het jaartal in de aankondiging van de herhaling, hoe razendsnel de tijd henen vliedt. Het geheel zal ook nu weer in acht afleveringen, steeds op zondagavond, in principe tussen 19:20 en 20:15 uur, door de NCRV worden uitgezonden via Nederland 2. De eerste keer is dat op zondag 18 januari.
Voor de voornaamste rollen in dit drama waren Kitty Courbois, Thom Hoffman en Hans Veerman geëngageerd, en hen allen kunt u nu opnieuw zien. Laatstgenoemde speelde, twee decennia eerder, tevens een rol in de hoorspelbewerking door Anton Quintana, die door dezelfde omroepgemachtigde vanaf oktober 1970 in twintig afleveringen werd uitgezonden.
___________
[1] Herman de Man werd op 11 juli 1898 geboren als Salomon Herman Hamburger, en hij kreeg de doopnamen Ezechiel Petrus Paulus. Kort na de Tweede Wereldoorlog is hij op Schiphol omgekomen door een vliegtuigongeluk als gevolg van mist.

zaterdag 10 januari 2009

Friedrich Gottlieb Klopstock — Der Eislauf (1764)

DER EISLAUF

Begraben ist in ewige Nacht
Der Erfinder großer Name zu oft!
Was ihr Geist grübelnd entdeckt, nutzen wir;
Aber belohnt Ehre sie auch?

Wer nannte dir den kühneren Mann,
Der zuerst am Maste Segel erhob?
Ach, verging selber der Ruhm dessen nicht,
Welche dem Fuß Flügel erfand!
























Und sollte der unsterblich nicht sein,

Der Gesundheit und Freuden erfand,
Die das Roß, mutig im Lauf, niemals gab,
Welche der Reih'n selber nicht hat!

Unsterblich ist sein Name dereinst!
Ich erfinde noch dem schlüpfenden Stahl
Seinen Tanz! Leichteres Schwungs fliegt er hin,
Kreiset umher, schöner zu sehn.

Du kennest jeden reizenden Ton
Der Musik, drum gib dem Tanz Melodie!
Mond und Wald höre den Schall ihres Horns,
Wem die des Flugs Eile gebeut!

O Jüngling, der den Wasserkothurn
Zu beseelen weiß, und flüchtiger tanzt,
Laß der Stadt ihren Kamin! Komm mit mir,
Wo des Kristalls Ebne dir winkt!

Sein Licht hat er in Düfte gehüllt;
Wie erhellt des Winters werdender Tag
Sanft den See! Glänzenden Reif, Sternen gleich,
Streute die Nacht über ihn aus!

Wie schweigt um uns das weiße Gefild!
Wie ertönt vom jungen Froste die Bahn!
Fern verrät deines Kothurns Schall dich mir,
Wenn du, dem Blick, Flüchtling enteilst.

Wir haben doch zum Schmause genug
Von des Halmes Frucht? und Freuden des Weins?
Winterluft reizt die Begier nach dem Mahl;
Flügel am Fuß reizen sie mehr!

Zur Linken wende du dich! ich will
Zu der Rechten hin halbkreisend mich drehn.
Nimm den Schwung, wie du mich ihn nehmen siehst:
Also! nun fleug schnell mir vorbei!

So gehen wir den schlängelnden Gang
Am dem langen Ufer schwebend hinab.
Künstle nicht! Stellung, wie die, lieb ich nicht,
Zeichnet dir auch Preisler nicht nach.

Was horchst du nach der Insel hinauf?
Unerfahrne Läufer tönen dort her!
Huf und Last gingen doch nicht übers Eis,
Netze noch nicht unter ihm fort.

Sonst späht dir dein Ohr ja alles; vernimm,
Wie der Todeston wehklagt auf der Flut!
O wie tönt's anders! wie hallt's, wenn der Frost
Meilen hinab spaltet den See!

Zurück! laß nicht die schimmernde Bahn
Dich verführen, weg von Ufer zu gehn!
Denn wo dort Tiefen sie deckt, strömt's vielleicht,
Sprudeln vielleicht Quellen empor.

Den ungehörten Wogen entströmt,
Dem geheimen Quell entrieselt der Tod!
Glittst du auch leicht, wie dies Laub, ach! dorthin,
Sänkest du doch, Jüngling, und stürbst!
___________
Friedrich Gottlieb Klopstock (1724-1803)

vrijdag 2 januari 2009

Pol de Mont — IJskristallen

IJSKRISTALLEN

Blankberijmd, vol ijskristallen,
praalt en prijkt de lange laan,
waarop bleke stralen vallen
van de volle blanke maan.

Op wát takken neer mag vallen,
bleek en blank, één straal der maan,
kaatsen honderd ijskristallen
vlammenpijlen door de laan.

Plots, als van de daken, vallen
winden, brallend, in de laan,
dat, alom, al de ijskristallen
wieglen, waggelen in de maan...


En mij dunkt, die ijskristallen,
waglend, wiegelend in de maan
'k hoor ze klingelend, klangelend vallen,
'k zie ze vonkelend, flonkerend vallen,
in de lange, langelaan...,
tjinkelend vallen, tjankelend vallen,
honderdtallen, duizendtallen
vallen, vallen, vallen, vallen
in de lange, lange laan.
__________
Pol de Mont (1857-1931)
Uit: Natuur 1890-1922
opgenomen in Zomervlammen — Verzen (1922)

donderdag 1 januari 2009

Een valse lente — Terugblik op Johnny van Doorn

Minder dan een halve eeuw
In de onnavolgbare programmaserie Herenleed speelde hij de Vader, de Engel, de Kermisklant, de Kabouter: "Kabouters voor! Kabouters na!" en de Bruid: "Dag schat, is de boel aan kant?", alsmede zoveel andere, soms tot ver in het absurdistische reikende, rollen, die voor zijn participanten, Cherry Duyns en Armando, inspirerend hebben gewerkt. "Gisteren heb ik slechts twee pauwen gezien..."
Het Nederlandse digitale televisiekanaal GeschiedenisTV herhaalt op donderdag 1 januari — tussen 22:51 uur en 23:46 uur — een NPS-documentaire uit 2003, die werd uitgezonden in de reeks Het uur van de wolf, over leven en werk van de als performing poet te boek staande Johnny the Selfkicker, in het burgerlijke bestaan de Arnhemmer Johnny van Doorn (1944-1991).
Met zijn de gedichtenbundel Een nieuwe Mongool, in 1966 deed hij zijn intrede in de Nederlandse letteren. Zes jaar later veroorzaakte de prozabundel Mijn kleine hersentjes, verschenen in 1972, baarde hij flink wat opzien, en kreeg hij uit de te verwachten hoeken veel lof, respectievelijk intense afwijzing. Dat laatste kwam vooral door de onverwisselbare toon die de teksten karakteriseerde, en als hij uit eigen werk voorlas, werd dit element nog eens versterkt door zijn wijze van spreken, die niemand onberoerd kon laten. Zijn veelal korte stukken werden binnen twee decennia in zes bundels bijeengebracht. In de laatste verzameling, De lieve vrede, beschreef Johnny van Doorn, toen vijfenveertig jaar oud, het moderne gevoel dat zich in de jaren zestig van de vorige eeuw allengs had ontwikkeld, in 'legendarische momenten' tussen zijn geboortejaar 1944 en het jaar van verschijnen, 1990. Twee jaar daarvoor waren — onder de intrigerende titel Door de weken heen — reeds zijn dagboeken verschenen, die echter alles behalve dagboeken zijn, doch veeleer persiflerende notities over, doch vooral tegen, het leven van alledag.