zaterdag 26 januari 2008

Salome van Oscar Wilde in zwijgende filmversie laat op de avond van maandag via Arte-televisie

Fin de siècle-drama in filmversie
Aanstaande maandag, 28 januari, is het avondprogramma van de Frans-Duitse cultuurzender een aantrekkelijke optie voor toeschouwen, althans voor de cultureel breed geïnteresseeren. Tussen 21:00 uur en ruim een uur na middernacht vertoont deze zender drie bijzondere programma's. Als eerste een speelfilm met de jubilerende Jeanne Moreau in de hoofdrol. Over haar en enkele films, waaronder de genoemde, hebben we op onze zustersite Tempel der Filmkunst reeds bericht. Na deze rolprent is er een uur aandacht voor Ravels bekendste compositie, de Bolero, en ook daarover kunt u een uitgebreid artikel lezen op onze andere zustersite, Tempel der Toonkunst. Aansluitend daarop wordt de zwijgende film Salome uit 1923 uitgezonden, te beginnen om 23:45 uur. Het is een film van 73 minuten, die slechts eenmaal door Arte zal worden gepresenteerd. Onder regie van Charles Bryant spelen Alla Nazimova [1], Mitchell Lewis en Nigel de Brulier.

Oscar Wilde's schandaalstuk
Hoewel de mare lang in stand werd gehouden dat niet Oscar Wilde (1854-1900), maar de actrice Sarah Bernhardt de auteur van Salome was — en die praatjes wellicht voor nog meer faam, ten faveure dan wel ten detrimente, hebben gezorgd —, liggen de feiten anders. In een gesprek dat de beiden in het laatste decennium van de negentiende eeuw hadden, vroeg de actrice aan Wilde of hij voor haar een stuk wilde schrijven, en hij riposteerde dat hij dat al had gedaan. Vervolgens vertelde hij daar over zijn drama, en zij wilde het manuscript lezen. Na kennisneming van de inhoud besloot ze het in Londen op te voeren. Dat was in 1892.
Na de repetities, die direct zijn gestart, zou het stuk in het Palace Theatre in de Britse hoofdstad worden opgevoerd, doch de censor greep in en verbood Salome voordat het zover kon komen. Een jaar daarna kwam het tegelijkertijd in boekvorm uit in Frankrijk, in de oorspronkelijke door Wilde geschreven versie [2], en in Engeland in de vertaling van Alfred Douglas. De eerste opvoering werd drie jaar later in Frankrijk gegeven door Aurélien Lugné Poë (1869-1940) in het Théâtre de l'Oeuvre te Parijs. Oscar Wilde was daarbij niet aanwezig doordat hij nog gevangen zat te Reading.
Hoewel de pers het stuk zeer gunstig beoordeelde en Lugné-Poë een glansrol als Herodes voor het voetlicht presenteerde, was het succes niet bepaald overmatig. In de andere culturele hoofdstad van het Europa van die dagen werd het in 1901 voorgesteld en vier jaar later kwam Londen toch nog aan de beurt. Sedertdien is het geruime tijd vast onderdeel van de programmering in tal van schowburgen op het continent gebleven.

Inspiratie
Wilde's Salome heeft tal van andere kunstenaars geïnspireerd. De Duitse componist Richard Strauss zag er wel een goed muziekdrama in, maar dan op basis van een gecomprimeerde tekst. De eerste opvoering werd in de Semper Oper te Dresden gegeven in 1905. Ook in de beeldende kunsten heeft Salome in die periode veel aandacht gekregen, zoals in de zestien tekeningen van Wilde's tijdgenoot Aubrey Beardsley (1872-1898).
Meer gedetailleerde informatie over tal van achtergronden en aspecten van deze tragedie — die de enige was waarmee Oscar Wilde succes heeft geoogst — kunt u vinden in mijn langere bijdrage in het gespecialiseerde, elektronische fin de siècle-'periodiek' All art is quite ueseless van Rond1900.nl.
__________
[1] Alla Nazimova was de toneelnaam van Miriam Edez Adelaida Leventon. Ze was geboren in 1879 te Jalta op de Krim, en overleed in 1945 te Los Angeles. Ze schitterde niet alleen in films, maar vertolkte ook theaterrollen, schreef draaiboeken en trad op als producer van films.
[2] "Hij sprak bijna perfect Frans," vertelde Wilde's goede vriend André Gide later eens.
____________
Afbeeldingen
1. Alla Nazimova in 1922, gefotografeerd door Maurice Goldberg (1881-1949).
2. Gedeelte van het voorplat (bindmateriaal behangselpaper) van de Nederlandse versie door Chr. van Balen Jr. Deze uitgave, gerealiseerd in 1920 in de reeks Meulenhoff's Kleine Boeken van groote schrijvers, was reeds de tweede druk van deze vertaling.
3. Zo zag de fin de siècle-artiest Gustav Klimt (1862-1918) de figuur van Salome (135 x 40 cm).

zondag 20 januari 2008

Manuscripten branden niet

Maandag 21 januari kunt u op het themakanaal Geschiedenis TV de tachtig minuten durende documentaire zien over vier vooraanstaande Russische schrijvers in de eerste helft van de twintigste eeuw, die in extreme mate te lijden hebben gehad onder de uitzinnige terreur van een groep beestachtige krankzinnigen, die op enigerlei wijze met macht waren bekleed, onder aanvoering van de weerzinwekkende sadist Josef Vissarionovitsj Dzjoegasvilli, die het best bekend was onder één van zijn (ten minste) negenendertig pseudoniemen: Stalin, en die — evenals enkele van zijn tijdgenoten, die soortgelijke functies elders in Europa hebben bekleed — werd gedreven door een onvoorstelbare mate van destructivisme.
Voor meer gedetailleerde gegevens kunt u terecht op onze zustersite Tempel der Historie.
_____
Foto: Osip Mandelsjtam (1891-1938), één van de vier schrijvers, die in de genoemde documentaire aan bod komt.

Sense and Sensibility thans eveneens als BBC-dvd

Nu heden, zondag 20 januari, tussen 18:05 uur en 19:05 uur de derde en laatste aflevering van het prachtige kostuumdrama Sense and Sensibility, naar de gelijknamige roman van Jane Austen, zal worden uitgezonden in herhaling — deze aflevering sloot verleden zondag de reeks reeds af — is het voor de liefhebbers wellicht goed te weten dat vanaf dat moment de dvd-versie van de BBC beschikbaar gekomen is. Want wat hebben de makers weer iets fraais gecreëerd. Nu is dat per defintie totaal niet verbazingwekkend, en vooral als men zich realiseert dat juist in de Angelsaksische landen zich de grootmeesters van het kostuumdrama voor televisie bevinden. Eerdere Jane Austen-verfilmingen hebben dat bewezen, en de uitingen van deze bijzondere kunst hebben zich niet beperkt tot deze schrijfster. Romans van Charles Dickens, toneelstukken van Oscar Wilde en tevens van diverse andere grootheden uit de Engelstalige literatuur zijn in de laatste decennia met regelmaat op de kijkbuis verschenen en hebben daarbij gezorgd voor positief vermaak op hoog niveau, waardoor het gebeuren niet alleen heeft gezorgd voor vermaak, doch tevens voor overwegingen, welke al te zelden aan bod komen bij de zoveelste aflevering van een of ander oppervlakkig gerealiseerd televisiedrama op basis van één of ander niemendalletje.
____________
Afbeeldingen
1. Jane Austen omstreeks 1810. Het enige bekende portret van de schrijfster.
2. Titelpagina van de tweedelige editie van Sense and sensibility uit 1833, met daarop de naam van de auteur: Miss Austen, met een verwijzing naar eerder werk.

Schrijver Arthur Japin treedt woensdag 23 januari op met Greetje Bijma in een gezamenlijk project

Onze veelvuldig gelauwerde en door tal van tinten in het spectrum van de literaire wol gekleurde schrijver Arthur Japin treedt aanstaande woensdag, 23 januari 's avonds om 20:15 uur op met de "adembenemende" 'voice' van Greetje Bijma. Dat de ritmiek van de stem geen beletsel hoeft te zijn voor de cadans van de ander, zal dan opnieuw kunnen blijken. Meer daarover kunt u vinden op onze zustersite Tempel der Theaterkunsten.

zaterdag 19 januari 2008

Enige zeer verrassende poëzie-bijdragen van de Amerikaan Henry Wadsworth Longfellow (3)

WALTER VON DER VOGELWEID.

VOGELWEID the Minnesinger,
When he left this world of ours,
Laid his body in the cloister,
Under Würtzburg's minster towers.

And he gave the monks his treasures,
Gave them all with is behest:
They should feed the birds at noontide
Daily on his place of rest;

Saying 'From these wandering minstrels
I have learned the art of song;
Let me now repay the lessons
They have taught so well and long.'

Thus the bard of love departed;
And, fulfilling his desire,
On his tomb the birds were feasted
By the children of the choir.

Day by day, o'er tower and turret,
In foul weather and in fair,
Day by day, in vaster numbers,
Flocked the poets of the air.

On the tree whose heavy branches
Overshadowed all the place,
On the pavement, on the tombstone,
On the poet's sulptured face.

On the cross-bars of each window,
On the lintel of each door,
They renewed the War of Wartburg,
Which the bard had fought before.

There they sang their merry carols,
Sang their lauds on every side;
And the name their voices uttered
Was the name of Vogelweid.

Till at length the portly abbot
Murmered, 'Why this waste of food?
Be it changed to loaves henceforward
For our fasting brotherhood.'

Then in vain o'er tower and turret,
From the walls and woodland nests,
When the minster bells rang noontide,
Gathered the unwelcome guests.

Then in vain, with cries discordant,
Clamorous round the Gothic spire
Screamed the feathered Minnesingers
For the children of the choir.

Time has long effaced the inscriptions
On the cloister's funeral stones,
And tradition only tells us
Where repose the poet's bones.

But around the vast cathedral,
By sweet echoes multiplied,
Still the birds repeat the legend,
And the name of Vogelweid.


Henry Wadsworth Longfellow (1807-1882)
Aus: Songs and Sonnets
In: the Oxford Edition of the Poetical Works of Longfellow
____________
Afbeeldingen
1. Walther von der Vogelweide (ca. 1170-1230); uit het Manessische Handschrift.
2. De dichter Longfellow in 1868.

donderdag 17 januari 2008

Enige zeer verrassende poëzie-bijdragen van de Amerikaan Henry Wadsworth Longfellow (2)

Twee van de allerberoemdste gedichten van Johann Wolfgang von Goethe (1749-1832) zijn de beide met de titel Wandrers Nachtlied. Het eerste is geschreven op 12 februari 1776, het tweede stamt van (hoogstwaarschijnlijk 6 september) 1780.

WANDRERS NACHTLIED

Der du von dem Himmel bist
Alles Leid und Schmerzen stillest,
Den, der doppelt elend ist,
Doppelt mit Erquickung füllest,
Ach, ich bin des Treibens müde!
Was soll all der Schmerz und Lust?
Süßer Friede.
Komm, ach komm in meine Brust!

EIN GLEICHES

Über allen Gipfeln
Ist Ruh,
In allen Wipfeln
Spürest du
Kaum einen Hauch
Die Vögelein schweigen im Walde.
Warte nur, balde
Ruhest du auch.

Onder de uit veel Europese talen, vooral uit het Duits, in het Amerikaans overgebrachte, al dan niet heel direct, dan wel naar de geest vertaalde, gedichten bevindt zich ook een 'omzetting' door de ongelooflijk erudiete Henry Wadsworth Longfellow (1807-1885).

WANDERER'S NIGHT-SONGS.

FROM GOETHE.

I.

THOU that from the heavens art,
Every pain and sorrow stillest,
And the doubly wretched heart
Doubly with refreshment fillest,
I am weary with contending!
Wy this rapture and unrest?
Peace descending
Come, ah, come into my breast!

II.

O'er all the hill-tops
Is quiet now,
In all the tree-tops
Hearest thou
Hardly a breath;
The birds are asleep in the trees;
Wait; soon like these
Thou too shall rest.

Uit: A Handful of Translations
In: The Oxford Edition of the Poetical Works by Longfellow

____________
Afbeeldingen
1. Goethe's handtekening. Hier in gouddruk op bruine lederen ondergrond.
2. Monogram van de naam H.W. Longfellow. Hier in gouddruk op zwarte lederen ondergrond.

dinsdag 15 januari 2008

Enige zeer verrassende poëzie-bijdragen van de Amerikaan Henry Wadsworth Longfellow (1)

President als poëzie-protagonist
In de lijst van Amerikaanse presidenten, achterin het onlangs verschenen boek over de Amerikaanse presidentsverkiezingen schrijft Frans Verhagen onder meer het volgende over de in 1881 tot twintigste president van de Verenigde Staten gekozen James Abram Garfield (1831-1881): "Verrassende kandidaat van de Republikeinen. Als trouw partijman was hij de laatste afgevaardigde die het ooit tot president schopte. Werd kort na zijn inauguratie vermoord door een ontevreden baantjeszoeker". . . . .
Tijdgenoot van deze politicus was de ongelooflijk belezen dichter Henry Wadsworth Longfellow (1807-1885). Hij vond in het afschuwelijke gebeuren aanleiding om de politicus te herdenken door middel van een gedicht met de eenvoudige titel

PRESIDENT GARFIELD

'E VENNI DAL MARTIRIO A QUESTA PACE'

THESE words the Poet heard in Paradise,
Uttered by one who, bravely dying here,
In the true faith was living in that sphere
Where the celestial cross of sacrifice
Spread its protecting arms athwart the skies;
And set thereon, like jewels crystal clear,
The souls magnanimous, that knew not fear,
Flashed their effulgence on his dazzled eyes.
Ah me! how dark the discipline of pain,
Were not the suffering followed by the sense
Of infinite rest and infinite release!
That is our consolation; and again
A great soul cries to us in our suspense,
'I came from martyrdom unto this peace!'

Uit: The Oxford Edition of the Poetical Works
of Henry Wadsworth Longfellow
____________
Afbeeldingen
1. De politicus James Abram Garfield (1831-1881).
2. De dichter Henry Wadsworth Longfellow (1807-1885), hier omstreeks 1877 — naar eene photographie.

Wintergedichten van internationale poëten

WINTERNACHT
Nicht ein Flügelschlag ging durch die Welt,
Still und blendend lag der weiße Schnee,
Nicht ein Wölklein hing am Sternenzelt,
Keine Welle schlug im starren See.
Aus der Tiefe stieg der Seebaum auf,
Bis sein Wipfel in dem Eis gefror;
An den Ästen klomm die Nix herauf,
Schaute durch das grüne Eis empor.
Auf dem dünnen Glase stand ich da,
Das die schwarze Tiefe von mir schied;
Dicht ich unter meinen Füße sah,
Ihre weiße Schönheit Glied für Glied.
Mit ersticktem Jammer tastet' sie
An der harten Ecke her und hin.
Ich vergaß das dunkle Antlitz nie,
Immer, immer liegt es mir im Sinn.
__________
Gottfried Keller (1819-1890)
Uit: Sämtliche Gedichte
______________________________
WINTERNACHT
Cellolied
Ich schlafe tief in stiller Winternacht
Mir ist, ich lieg in Grabesnacht,
Alsob ich spät um Mitternacht gestorben sei
Und schon ein Sternenleben tot.
Zu meinem Kinde zog mein Glück
Und alles Leiden in das Leid zurück.
Nur meine Sehnsucht sucht sich heim
Und zuckt wie zähes Leben
Und stirbt.
Ich schlafe tief in starrer Winternacht,
Mir ist, ich lieg in Grabesnacht.
__________
Else Lasker-Schüler (1869-1945)
Uit: Sämtliche Gedichte.
Meer van en over de uitzonderlijke schrijfster Else Lasker-Schüler is te vinden in enkele van onze bijdragen op het fin de siècle weblog All art is quite useless van Rond1900.nl, verleden jaar: haar Liebeslied is in de kolommen van dat elektronische magazine afgedrukt op 11 september 2007. Andere voorbeelden uit haar werk, in dit geval met achtergronden over haar leven, zijn opgenomen in ons artikel van 24 april dit jaar: Dichten over de liefde — in de Duitse taal van toen en heden, eveneens in dat fin de siècle magazine.
_________

ET MAINTENANT VOICI L'HIVER
Et maintenant voici l'hiver,
et mon qui s'était allé,
revenu heureux dans da terre
sachant que tout est à aimer,
depuis le ciel, depuis la mer
jusque mieux et plus humblement
les objes de toutes manières
fidèles ineffablement.
Or foi mise ainsi dans les choses
alors voic mon testament,
aux bous, à l'eau, aux fleurs de roses,
léguant mes joies d'hommes et d'enfant,
car en arbres, toits et maisons,
à mains rouges mieux qu'en prières,
tout me fut doux, tout me fut bon
selon l'outil selon la pierre,
et repos e soit à présent
en eux après labeur et peine,
et de mon blé, mauvais et bons
à vos ici corbeille pleine.
__________
Max Elskamp (1862-1931)
Uit Enluminures (1898)
De Franstalige, Belgische dichter Max Elskamp werd in 1862 te Antwerpen geboren. Als dertigjarige debuteerde hij met Dominical, een jaar later gevolgd door Salutations à la Vierge. Daarin kunnen we — in een uitzonderlijke vorm en in een taal, die blijk geeft van zware beproevingen — zijn religieuze hartstochten volgen. Dat is ongetwijfeld mede beïnvloed door het feit dat hij aan de voet van de katedraal werd geboren. Ook zijn onverbrekelijke band met het Vlaamse land is van blijvende, zo niet van doorslaggevende invloed op zijn werk gebleven. Zoals we bij diverse andere, Franstalige, dichters van Vlaamse origine hebben kunnen vaststellen, heeft ook bij Elskamp die mixtuur van religieus mysterie, natuurverbondenheid en realiteitsbesef ertoe geleid dat hij buiten de zogenaamde scholen en stromingen is terechtgekomen.
In zijn latere levensperiode is hij in zijn bundels veel minder zwaar op de hand en is ook alles in eenvoudiger taal verwoord. Hij staat dan duidelijk onder invloed van Paul Verlaine.
__________
ROSES IN DECEMBER
Roses, roses in December,
Like a dream of golden June,
Roses, faintly red, and ember
Of a fire that died too soon.
On your stems with scarce a leaflet,
And your heads bowed down with dew,
Roses, roses in December,
Droops my heart with tears like you.
Roses, roses in December,
Dream of all that year may bring,
When the winter frosts surrender
All their prey to lovely Spring.
Whe her tender breath shall fan you,
When my true love comes again,
Roses, roses in December,
We shall each forget our pain.
___________
Daisy Beacham
Afgedrukt in Cassell's Magazine, December 1907
____________
Afbeeldingen
1. Gottfried Keller, portret uit 1886, door Karl Stauffer-Bern (1857-1891).
2. Else Lasker-Schüler.
3. Max Elskamp.
4. Rode Roos.

zondag 13 januari 2008

Ode to Gaia — De toestand van onze planeet in de reeks Words and Music, zondag op BBC Radio 3

Jamie Gover en Sian Thomas lezen op zondag 13 januari tussen 23:15 uur en 01:00 uur prozateksten en poëzie met betrekking tot de toestand van onze planeet, afgewisseld met muziek van diverse, zeer verschillende, maar allen bijna even beroemde componisten. De namen van Schubert en Mahler, maar ook die van Peter Maxwell Davies en John Cage wisselen Debussy en Harrison Birtwistle, alsmede tal van anderen af.
Onder de titel Ode to Gaia klinkt die muziek tussen gesproken teksten uit de laatste eeuwen: William Wordsworth, Emily Dickinson en vele anderen, tot en met Wystan Hugh Auden en Philip Larkin. De meeste namen van deze schrijvers behoren ook tot de top der bekende pennenvoerders, al zal niet iedereen allen kennen, maar dat geldt eveneens voor de muziekmeesters, die in deze ruim honderd minuten aan bod komen.
Voor een exact overzicht van alle gesproken teksten en gespeelde muziek kan men terecht op de website van dit programma.
___________
Afbeeldingen
1. Jamie Glover.
2. Deel van de voorzijde van het stofomslag van de gebonden Faber&Faber-editie met Philip Larkins poëzie.

vrijdag 11 januari 2008

Acht verfilmde verhalen van Guy de Maupassant — via TV5 Monde, met Nederlandse ondertitels

Onvergankelijke literatuur in bewegende beelden
Acht verhalen van de onnavolgbare Franse meesterverteller Guy de Maupassant (1850-1893) zijn in 2007 door diverse vooraanstaande Franse regisseurs, onder wie de oudere grootmeester Claude Chabrol [1], speciaal voor televisie verfilmd, en worden dezer dagen vertoond in het programma van TV5 Monde. De programmagidsen vermelden dat de uitzendingen onder meer zijn voorzien van Nederlandse ondertitels. In totaal zijn er acht verhalen verfilmd, waarvan in de week van maandag 14 tot en met vrijdag 18 januari op twee avonden, woensdag de 16de en vrijdag de 18de, nog weer twee uur lang deze verfilmde verhalen op het scherm zullen verschijnen. [2]
Op vrijdag 11 januari worden, laat op de avond, reeds twee uur van deze verfilmingen uitgezonden, op zaterdag 12 januari, op een veel vroeger tijdstip, eveneens twee uur lang, tussen 18:25 uur en 20:25 uur.

De erfenis
Als eerste, om 18:31 uur, de één uur durende omzetting in bewegende beelden van het verhaal L'héritage. Ministerieel commies Cachelin dingt er bij zijn dochter — die de enige erfgename van een vermogende tante zal zijn — om met een collega van het ministerie te trouwen. Na het overlijden van de tante blijkt echter dat er een voorwaarde in het testament is opgenomen: binnen drie jaar moet dochterlief een kind hebben. Maar de man met wie ze op aandringen van papa in het huwelijk is getreden, blijkt echter steriel te zijn. Om het drama nog wat meer dimensie te verlenen, heeft papa al één van zijn andere collega's uitgekozen . . . . . [3]

Twee vrienden
Een uur daarna volgt het verhaal Deux amis. Dat speelt zich af tijdens de bezetting van Frankrijk door de Duitsers. Twee vrienden denken vol nostalgie terug aan de tijd dat ze ongedwongen samen konden vissen, en ze
nemen het besluit om, ondanks de bezetting, het er maar weer eens op te wagen, maar dan worden ze gearresteerd . . . . wegens spionage.
Deze film, die slechts 30 minuten duurt, werd gerealiseerd door Gérard Jourd'hui. De twee belangrijkste rollen worden gespeeld door Philippe Torreton in de rol van Morissot, en Bruno Putzulu als diens vriend Sauvage.

[1] Op maandag 14 januari presenteert TV5 Monde, tussen 18:30 uur en 20:30 uur, Chabrols politiefilm Poulet au vinaigre uit 1985. Daarin treden enkele grootheden van het Franse witte doek op: naast Michel Bouquet en Jean Poiret speelt de ooit-echtgenote (1964-70) van Chabrol: Stéphane Audran. Om 21:00 uur volgt een latere misdaadfilm van Chabrol op Arte-televisie. Meer daarover op onze zustersite Tempel der Filmkunst.
[2] Aangezien sommige afleveringen een half uur duren, is het niet uitgesloten dat er in een gereserveerd uur twee verfilmde verhalen zullen worden vertoond. Op die manier kan het geheel ook geen acht uren aan zendtijd vergen, maar zijn zes (en in het uiterste geval zeven) uren voldoende.
[3] Als ik me niet sterk vergis, heeft de Tros decennia geleden in een reeks opgenomen verhalen van Maupassant ook deze geschiedenis in een televisiebewerking gerealiseerd.
____________
Afbeeldingen
1. Guy de Maupassant.
2. Vader Cachelin (Eddy Mitchell) in het verhaal L'héritage.
3. De beide vrienden Morissot en Sauvage (Philippe Torreton en Bruno Putzulu) in de verfilmde versie van het verhaal Deux amis.

zaterdag 5 januari 2008

Krieg und Frieden — Tolstojs superepos als boek

Eén van de tien beste literaire boeken
In een persoonlijk vraaggesprek met de Duitse schrijver Martin Walser (geb. 1927) kwam het onderwerp van de allergrootste literatuur aan bod, en in dat kader viel tevens het begrip de tien beste romans uit de wereldliteratuur. Daar vielen namen van auteurs: De Fransen François Rabelais en Gustave Flaubert, de Engelse collega's Jonathan Swift en Daniel Defoe, de Duitser Johann Wolfgang von Goethe, Adelbert Stifter en Thomas Mann, de Zwitsers Gottfried Keller en Robert Walser en de Russen Fjodor Dostojevski en Lev Nikolajevitsj Tolstoj [1]. Hoewel menigeen andere accenten zou kunnen leggen, zullen degenen, die Tolstojs Война и мир (Oorlog en vrede) ook werkelijk hebben gelezen (in de zin van opnemen en nadrukkelijk beschouwen — zoals het aren lezen achter de maaiers), grosso modo de mening van Martin Walser wel kunnen delen. De titel is kort en krachtig en past in de diverse politieke, historische, maatschappelijke en persoonlijke momentopnamen, die in het boek worden behandeld. Je moet er dan ook niet aan denken dan Tolstoj zijn oorspronkelijke plan, dit onovertroffen meesterwerk de kasteelboeket-titel Eind goed — al goed mee te geven. Dat zou volgens Heinrich Böll (1917-1985) — die in 1970 Annäherungsversuch heeft geschreven dat als een speciaal Nawoord in de huidige pocketeditie is opgenomen — wel eens menig intellectueel hebben kunnen afschrikken, die dan heel wat omwegen nodig gehad zou hebben om toch weer met het boek in aanraking te komen. En Böll voegt daar aan toe dat er weinig romans in de wereldliteratuur bestaan, die iemand het lezen zo goed kan bijbrengen als juist Krieg und Frieden. Geheel kritiekloos is Böll overigens niet, en dat met recht. Hij wijst erop dat Tolstoj de lezer voortdurend tegemoet komt, maar hem vervolgens weer afschrikt met zijn waarschuwende wijsvingertje. Iets, dat in de persoonlijkheid van Tolstoj overigens vaker te signaleren viel, in extra-literaire situaties [2].
Verder ziet Heinrich Böll de gehele Russische literatuur als reusachtige wandelingen, en een der belangrijkste daarvan is Tolstojs onvergankelijke epos. Ook Bölls voorganger in de reeks van Duitse schrijvers, die de Nobelprijs voor Literatuur hadden toegekend gekregen, Thomas Mann (1875-1955), was diep onder de indruk van dit boek: "Die erzählerische Macht dieses Werks ist ohngeleichen."

Duitse vertaling
In oktober 2007 heeft Deutscher Taschenbuch Verlag een nieuwe druk gerealiseerd van de Gesamtausgabe — de achtste van de pocketeditie sedert 1990 — in één deel van bijna 1.600 bladzijden met een relatief kleine, doch goed leesbare letter. Dit besluit zal mede zijn ingegeven door de verfilming in vier afleveringen op prime time, de komende twee weken (vanaf zondag 6 tot en met dinsdag 16 januari) via het tweede Duitse televisienet ZDF, u weet wel: die club met de idiote zelfverheerlijking in de vorm van een groot aantal imbeciele spotjes tussen programma's in, waarin allerlei vooraanstaande lieden uit kunst en cultuur, uit filmwereld, en van waar niet al, de leeghoofdige, en absoluut nodeloze en nutteloze — ergo: volstrekt overbodigde — kreet ten beste geven: Mit dem Zweiten sieht man besser. Net gek!
De vertaling van Война и мир door de schrijver Werner Bergengruen (1892-1964), stamt van nu exact een halve eeuw geleden. Ik had gehoopt in enkele van diens boeken met Schreibtischerinnerungen, respectievelijk andere terugblikken, iets tegen te komen over zijn ervaringen met het vertalen van dit omvangrijke epos, maar in de mij ter beschikking staande literatuur is dat niet gelukt. De man was een zeer lateraal denker en juist de vele zijpaden, die hij in zijn niet belletristische verhalen en essays bewandelde, en het invoegen van niet onmiddellijk herkenbare associaties, maakt zijn werk zo extra boeiend. Derhalve moeten er eenvoudigweg duizenden 'betrekkelijkheden' zich aan hem hebben opgedrongen tijdens het componeren van een zo eindeloos lijkend stuk literatuur. Hij was immers een man, die zich kon laten meeslepen door het bezielde in de wereld, het zinnelijk waarneembare, of dat nu een bewegend dier in de natuur, dan wel een wat statischer element als een sieraad of een rozenstok, dan wel een bijzonder schrijfbureau (als het zijne was). Hij kon zich uiten in verschillende vormen, maar zijn ware temperament liet zich nimmer verloochenen. Kortom, een man met zoveel facetten als mens èn als schrijver, dat hij in ieder geval alle voor een herschepping benodigde niet-taalkundige elementen in zich verenigd wist. In zijn eigen geschriften heeft hij het ook niet laten ontbreken aan aspecten van afkeer en regelrechte haat jegens tyrannie en andere vormen van terreur of absolute politieke, maatschappelijke en menselijke duisternis.

Episch monument
De handeling van Lev Tolstojs roman Krieg und Frieden valt ongeveer samen met het begin van de negentiende eeuw, en, meer specifiek, met de Napoleontische oorlogen, die tussen 1806 en 1812 woedden, en die eindigden met een zege voor Rusland. Het lot van twee adellijke families, die tezamen de protagonisten leveren voor dit omvangrijke prozawerk, wordt heel intens beïnvloed door de historische gebeurtenissen. Tolstoj combineert hier ware gebeurtenissen in de alledaagse 'buitenwereld' en historische persoonlijkheden, tegenover verzonnen figuren. Zo creëert hij een enorm breed spectrum aan menselijke gestalten met hun drijfveren en de daaruit resulterende gedragspatronen: een zeer kleurrijk geheel met steeds wisselende decors, die zich aanbieden in de veelal luxueus ingerichte huizen op enkele landgoederen, met daartegenover de gebeurtenissen in de stad, waar allerlei festiviteiten worden georganiseerd, welke echter geenszins de elementen van strijd — oorlog in het klein — verdoezelen. Hoewel de titel doet vermoeden dat oorlog en vrede de elementen zijn, die in eerste instantie betrekking hebben op de historische gebeurtenissen, blijkt al gauw dat ze veeleer zijn geassocieerd met en hun climax vinden in de romanfiguren en hun temperament.

__________
[1] In volgorde van de auteursnamen waren de hierna genoemde romans volgens Walser de beste tien: Gargantua et Pantagruel; Madame Bovary; Gullivers Travels; Robinson Crusoë; Die Wahlverwantschaften; Der Zauberberg; Der grüne Heinrich; Geschwister Tanner; 'Die Brüder Karamasow' en 'Krieg und Frieden'.
[2] Toen de adellijke Lev Tolstoj — die in zijn jonge jaren nog persoonlijk ongehoorzaam personeel de zweep had laten proeven — in zijn latere jaren sympathie kreeg voor een wat socialer, en zelfs socialistische, maatschappij en dientengevolge soberder wilde leven, hield hij dat doorgaans ook wel vol. Als er zich echter onvoorbereid bezoek aandiende, viel hij woedend uit naar zijn naasten met vragen als waarom er geen eend kon worden opgediend. . . .
____________
Leo Tolstoi: Krieg und Frieden — Gesamtausgabe in einem Band
Aus dem Russischen übertragen von Werner Bergengruen
Mit einem Nachwort von Heinrich Böll
1.584 pag., paperback; Deutscher Taschenbuch Verlag, München 2007 — ISBN 978-3-423-13071-4. Prijs € 25,— (in de BRD, maar ook bij Boekhandel Die Weisse Rose te Amsterdam).
____________
Afbeeldingen
1. Lev Nikolajevitsj Tolstoj (1828-1910), in 1887 geschilderd door Ilja Rjèpin (1844-1930).
2. Heinrich Böll (1917-1985). Monument in brons te Berlijn.
3. Werner Bergengruen (1892-1964). Vertaler van Krieg und Frieden. Foto overgenomen van het voorplat van Gestern fuhr ich Fische fangen . . . — Gesammelte Gedichte (1992; Arche, Zürich).
4. Voorplat van de Duitse pocket-editie van Krieg und Frieden, dtv 13071.

vrijdag 4 januari 2008

. . . met deze aura van nobele onschuld — twintigste-eeuwse lyriek over engelen

Bodes van de hemel, en van dichters
In de dagen van weleer werden engelen als boden der goden — in het monotheïstische daarentegen van die ene God — gezien. Tegenwoordig bestaat er echter steeds meer een wereldse instelling jegens fenomenen, die men niet direct begrijpt en/of kan verklaren, dan wel helemaal niet kent. Derhalve worden engelen — of die nu lief zijn en meegaand, dan wel vertoornd of zelfs boosaardig — door velen eerder als booodschappers van dichters ervaren.
Hans Stempel en Martin Ripkens, auteurs van kinder- en tevens van jeugdboeken, en adviseurs van een groot mediaconzern, hebben reeds enige anthologieën samengesteld, die mit succes werden bekroond. In het onderhavige geval der 'hemelse boodschappers' hebben de een anthologie in zeven hoofdstukken samengesteld, die zich met het thema in de lyriek van de twintigste eeuw bezighouden, en wel vooral in de Duitse literatuur, echter tevens met enige gedichten, die uit andere talen in het Duits zijn vertaald. De zeven verschillende hoofdstukken behandelen engelen in de context van resp. toevlucht, toorn, afschied, tederheid, opgewektheid, geschiedenis en van engelen in een vluchtig voorbijgaan.

Verrassend
Dat zich tussen al die bekende en nog bekendere dichters ook namen bevinden, die niet onmiddellijk een heel scala aan boektitels, feiten und fictie oproepen, kan nauwelijks verbazing weckken. Dat zich tussen al die schrijvend werkzame lieden ook de internationaal hoog gewardeerde pianist Alfred Brendel bevindt, ist een interessante en zeer aangename verrassing. Kennelijk heeft deze musicus oren naar meer dan 'alleen' noten. Hem gunnen wij dat maar al te graag.
Het mooi vormgegeven boekje bevat bijdragen van 88 dichters von A bis W: Anna Achmatowa tot en met Gabriele Wohmann.


WENN DIE ENGEL KOMMEN

Wenn die Engel kommen
erzählen sie gerne Geschichten
etwas ungereimt freilich
Engel lieben Unsinn
informieren uns über Gott und die Schöpfung
alles frei erfunden
sehen aus wie Paradiesvögel
oder junge Propheten
oder schöne geflügelte Damen
flatterhaft
aber mit dieser Aura nobler Unschuld
selbst wenn sie uns bedrängen
uns mit ihren Flügeln zudecken
den Himmel öffnen
Müttern erscheinen sie als Putten
werde geherzt und entfleuchen wieder
Auf Denkmälern sitzend
putzen sie sich
wie die Schwalben

Alfred Brendel (geb. 1931)
Uit: Störendes Lachen während des Jaworts
Wien, München 1997 (Hanser Verlag)
____________

DER ENGEL IM WINTER

Ich aber traf ihn nachmittags im Wald.
Ein Wunder das durch Buchenräume ging,
So menschenfern, so stegend die Gestalt,
Daß blaue Luft im Fittich sich verfing;

Das Antlitz schien ein reines, stilles Leid,
Sehr sanft und silbrig rieselte das Haar,
In großen Falten schritt das weiße Kleid.
Er schaffte nichts, er sagte nichts; er war.

Und nichts an ihm, was schreckte, was verbot.
Und dennoch: keines Sterbens Weggenoß,
Daß meine Lippe, ob auch unbedroht,
Erstaunten Ruf, die Frage stumm verschloß.

Ein Blatt entwehte an sein Gürtelband,
Vergilbt und schon ein wenig krausgerollt;
Er fing und trug es in der schmalen Hand
Wie ein Geschenk aus Bronze und aus Gold.

Wer sah ihm zu? Das Eichhorn, rot am Ast,
Und Rehe, die das Buschwerk schnell verlor.
Und Erlen wanden schon im Abendglast
Wie schwarze Schlangen züngelnd sich empor.

Er regte kaum die dünne Blätterschicht
Mit weichem Fuß. Es hatte ewig Zeit.
Und zog: wohin? In Stadt und Dörfer nicht.
Er wallte außer aller Wirklichkeit.

Nicht unsre Not, nicht unser armes Glück,
Nur keusche uhe barg sein Schwingenpaar.
Ich folgte nach und stand und blieb zurück.
Er brachte nichts, er sagte nichts; er war.

Getrud Kolmar (1894-1943)
Uit: Gedichte

Der Engel neben dir — Gedichte zwischen Himmel und Erde
Herausgegeben und mit einem Nachwort von Hans Stempel und Martin Ripkens.
176 Seiten, Paperback, Originalausgabe.
Deutscher Taschenbuch Verlag, München, december 2007;
ISBN 978-3-423-13625-9. Prijs € 8,50 (in de BRD en in Amsterdam bij Boekhandel Die Weisse Rose).

Afbeeldingen
1. Voorplat van de dtv-uitgave met gedichten over engelen.
2. De Pianist, essayist und lyricus Alfred Brendel.
De Foto werd enige decennia geleden genomen.
3. Die lyrische dichteres Gertrud Kolmar. Ze werd vermoedeljkh in Auschwitz omgebracht.
4. Die beide auteurs van de anthologie, Hans Stempel en Martin Ripkens. De Foto von Ursula Zeidler werd van de achterflap van het omslag van hun boek Das Glück ist kein Haustier — Eine Lebensreise (dtv 24227) overgenomen.

woensdag 2 januari 2008

BBC 4-documentaire over de schrijver van het Dagboek van een onbenul op BBC 2-televisie

Documentaire op BBC 2
Geprogrammeerd in de nacht van woensdag 2 op donderdag 3 januari 2008, te beginnen om 00:20 uur onze tijd, en met een lengte van een uur, wil BBC Four, via BBC Two, ons door middel van een documentaire met als titel The real Mr Pooter, laten kennismaken met George Grossmith (1847-1912), acteur, librettist, componist, zanger en schrijver. Als librettist is zijn naam verbonden aan diverse komische muziekdramatische werken van het nog steeds opgevoerde duo Gilbert and Sullivan. In de laatste hoedanigheid kreeg Grossmith bekendheid door zijn in 1892 uitgegeven roman The diary of a nobody. Dit boek was oorspronkelijk in het tijdschrift Punch verschenen, en in juni van bovengenoemd jaar alsnog in boekvorm, maar voor die gelegenheid is het aanzienlijk uitgebreid. De illustraties zijn van Weedon Grossmith. In 1981 is het in een Nederlandse vertaling van Peter Andriesse als Dagboek van een onbenul bij Peter van der Velden in Amsterdam uitgekomen.

Literair buitenbeentje
Fijnproevers met betrekking tot vooral de understatement-humor van de Angelsaksische cultuur hebben ruim een eeuw dit dagboek enorm kunnen waarderen. Het document laat ons kennisnemen van de banaal-dagelijkse beslommeringen van Mister Pooter, die voortdurend op voet van oorlog verkeert met vlerkerige kantoorbediendes, onbeschofte handelslieden van de deftige stadskantoren in de buitenwijken van het toenmalige Victoriaanse Engeland. Tevens biedt Mr. Pooter ons een beeld van zijn 'onbedaarlijke' zoon Lupin, en komen we uiteindelijk niet los van de gedachte dat alles van a tot z één grote grap is, de auteur incluis. Maar dat zou hij wel eens zo bedoeld kunnen hebben.
____________
Afbeeldingen
1. George Grossmith, zoals afgebeeld in het tijdschrift The idler, in 1897.
2. Voorplat van de Nederlandse versie van George Grossmith succesvolle boek.

dinsdag 1 januari 2008

De geboorte van Januari, gezien door de Engelse auteur William Makepeace Thackeray, in 1839

Roman verfilmd
William Makepeace Thackeray, is onder meer de auteur van de roman Barry Lyndon. De verfilming daarvan, in 1975 door Stanley Kubrick, wordt hedenavond uitgezonden op het tweede Belgische, Nederlandstalige net Canvas. Zie daartoe meer in het artikel op de zustersite Tempel der Filmkunst.
Thackeray (1811-1863) schreef vanaf zijn jonge jaren. Niet alleen romans, maar tevens humoristisch getinte bijdragen voor diverse tijdschriften, waarvan Punch wel het bekendst is.
De milde sfeer aan de oppervlakte — doch hoedt u voor dubbele bodems — roept associaties op met de geschriften van onze Nederlander Hildebrand (Nicolaas Beets).

Milde humor

Thackeray heeft in 1839 de maanden van het jaar op zijn geheel eigen, onderhoudende manier beschreven in Stubb's Calendar or The Fatal Boots, opgenomen in The comic Almanac, 1839. Weer later, in 1841, opgenomen in Comic Tales and Sketches, en veertien jaar daarna in Miscellanies, Vol. I.


Some poet has observed, that if any man would write down what has really happened to him in his mortal life, he would be sure to make a good book, thogh he had never met with a single adventure from his birth to his burial; how more then must I, who have had adventures, most singular, pathetic, and uparalleled, be able to compile an instructive and entertaining volume for the use of the public.
I don't mean to say tat I have killed lions, or seen te wonders of travel in the deserts of Arabia or Prussia; or that I have been a very fashonable character, living with dukes ad peeresses, and writing my recollections of them as the way now is. I never left this my native isle, nor spoke to a lord (except an irish one, who had rooms in our house, and forgot to mpay three weeks' lodging and extras; but, as our immortal bard observes, I have in the course of my existence been so eaten up by the slugs and harrows of outrageous fortune, and have been the object of such continual and extraordinary ill-luck, that I believe it would melt the heart of a mile-stone to read of it—that is, if a mile-stone hada heart of anythig but stone.
Twelve of my adventures, suitable for meditation and perusal during the twelve months of the year, have been arraged by me for this work. They contain a part of the history of a great, ad, confidently I may say, a good man.
. . . . .
Als u hierdoor voldoende bent geprikkeld, leest u die stukken dan zelf eens; ze zijn het, na bijna zeventien decennia, nog steeds waard, althans voor degenen, die van deze humor houden.
___________
Afbeeldingen
1. Zelfkarikatuur van William Makepeace Thackeray.
2. Tekening van George Cruikshank (1792-1878), die onder meer internationale faam heeft verworven met zijn illustraties voor de Dickens-edities. Van 1835-1853 was hij als tekenaar verbonden aan de in de tekst genoemde Comic Almanac.
3. George Cruikshank, houtgravure-portret, verschenen in Harper's Weekly Newspaper, op 16 maart 1878.