zondag 2 november 2008

Twee Nederlandstalige Allerzielen-gedichten

ALLERZIELEN

En lange stoeten van zwarte vrouwen
Gaan langs de graven en weenen weenen . . . .
De lange sluiers van zwarte rouwe
Schuren jammrend-schril op de kille steenen;

Veel lange stoeten van doode droomen
Gaan spokig-zacht langs m'n oogen heene;
De blaren vallen van bruine boomen,
Mist hangt op aarde te weenen, weenen . . . .

ANNIE SALOMONS
(1885-1980)
Uit: Verzen
voor het eerst verschenen in 1905
bij C.A.J. van Dishoeck, Bussum







* * * * * * * * * * * *

ALLERZIELEN

Zwijgende menschen
Over de straat. . .;
't Is of ze peizen. . .
Wellicht komt er een lief gelaat
In hun gedachten rijzen.

En rits'lend reuz'len
Over den weg
Verdroogde blaren. . .;
Daar komt iets van hun dood gezeg
Over m'n jeugd gevaren. . .

't Is Allerzielen. . .;
Over die blaân
Langs de doode kanten,
Heb ik daar straks een vrouw zien gaan
Heur armen vol kryzanten. . .

ALICE NAHON
(1896-1933)
Uit: Vondelingskens
voor het eerst uitgekomen in 1920 bij
A.W. Sijthoff's Uitgeversmaatschappij
te Leiden

Geen opmerkingen: